Het kan voorkomen dat uw onderneming of u als persoon een last onder dwangsom opgelegd krijgt door de overheid. In de meeste gevallen wordt dat gedaan door de gemeente of het waterschap. Wat is nu precies een last onder dwangsom en op welke manier kunt u daartegen actie ondernemen? In deze blog gaan we daarover uitleg geven.

Welke handhavingsmogelijkheden heeft de overheid?

Een last onder dwangsom kan worden opgelegd als sprake is van een overtreding van wet- en regelgeving. Naast het opleggen van een last onder dwangsom heeft de overheid ook andere handhavingsmogelijkheden, zoals de mogelijkheid om een last onder bestuursdwang op te leggen of een bestuurlijke boete. Een last onder dwangsom komt echter het meeste voor.

De wettelijke basis voor de last onder dwangsom is vastgelegd in de Algemene wet bestuursrecht. Vaak gaat het opleggen van een last onder dwangsom ook gepaard met bepalingen uit bijzondere wet- en regelgeving.

Wat is een last onder dwangsom?

Een last onder dwangsom heeft voor de overheid als doel het ongedaan maken van overtredingen of het voorkomen van overtredingen. Dit herstellen of voorkomen van een met de wet strijdige situatie gebeurt door het opleggen van een bepaalde verplichting, welke de ‘last’ wordt genoemd. Deze verplichting kan een doen of nalaten inhouden. Wanneer niet tijdig aan de verplichting wordt voldaan, moet u als burger of bedrijf een geldbedrag aan de overheid te betalen, dat wordt een ‘dwangsom’ genoemd.

Wie kan een last onder dwangsom opleggen?

Verschillende overheidsinstanties kunnen een last onder dwangsom opleggen. Denk bijvoorbeeld aan het college van burgemeester en wethouders van een gemeente, maar ook aan de gedeputeerde staten op provinciaal niveau of ministers of rijksniveau. Ook kan een regionale omgevingsdienst namens een overheidslichaam een last onder dwangsom opleggen.

Wanneer kan een last onder dwangsom worden opgelegd?

Als u bijvoorbeeld zonder benodigde vergunning een aanbouw realiseert of een dakkapel plaatst, dan wil de overheid dat u daarvoor een vergunning aanvraagt of het gebouwde afbreekt. Als u een stuk grond of een gebouw in strijd met het bestemmingsplan gebruikt dan wil de overheid dat u daarmee stopt. De overheid kan u daartoe dwingen door te eisen dat u daarmee stopt en als u dat niet doet door dan een bedrag van u op te eisen.  

Wat kunt u tegen een last onder dwangsom doen?

Zienswijze

Voordat de overheidsinstantie overgaat tot het daadwerkelijk opleggen van een last onder dwangsom, dan wordt dit vaak van tevoren aangekondigd in een brief.

Deze brief wordt een ‘vooraankondiging’ genoemd. In deze brief staat meestal vermeld waarom het bestuursorgaan van mening is dat er wordt gehandeld in strijd met wet- en regelgeving en op welke manier deze overtreding moet worden beëindigd.

Daarnaast wordt de ontvanger van de brief in de gelegenheid gesteld om een zienswijze in te dienen tegen het voornemen van de overheidsinstantie om een last onder dwangsom op te leggen. Een zienswijze is simpel gezegd het kenbaar maken van uw mening over – in dit geval – het opleggen van een last onder dwangsom. Het indienen van een zienswijze tegen een door de overheid voorgenomen besluit kan zowel schriftelijk als mondeling worden gedaan.

Het is van groot belang dat u direct actie onderneemt wanneer u het niet eens bent met het voornemen van de overheid om een last onder dwangsom aan u op te leggen. Dien dus vooral een zienswijze in en laat u daarin adviseren. De eerste klap is ook in dit geval een daalder waard. Immers, doordat er in dit stadia nog geen definitief besluit is genomen tot het opleggen van een last onder dwangsom, bestaat er nog een mogelijkheid de overheid te overtuigen dat er geen sprake is van een situatie die in strijd is met de wet. Daarnaast kan het soms mogelijk zijn om de illegale situatie te legaliseren, door bijvoorbeeld alsnog een vergunning aan te vragen.

Bezwaar

Mocht u al een definitieve last onder dwangsom opgelegd hebben gekregen, dan kunt u alsnog verschillende acties ondernemen. Het is in ieder geval mogelijk om gewoon aan de last te voldoen, zodat u geen dwangsom verbeurt.

Wanneer de termijn is verstreken en niet voldaan is aan de lastgeving, dan is de dwangsom wel verbeurd. Dit heeft als gevolg dat de dwangsom binnen zes weken moet worden betaald. Als u niet binnen die zes weken heeft betaald, dan bent u in verzuim. In dat geval kan de overheid door middel van het nemen van een invorderingsbeschikking met behulp van een deurwaarder het verbeurde dwangsombedrag invorderen. Over de invorderingsbeschikking hebben we het de volgende keer.

Verder is het mogelijk om bezwaar te maken tegen de last onder dwangsom. Het is belangrijk dat u niet wacht en zo snel mogelijk bezwaar maakt, omdat er een wettelijke bezwaartermijn geldt. De wettelijke bezwaartermijn is zes weken.

Beroep

Naar aanleiding van uw gemaakte bezwaar moet de overheid besluiten of de last onder dwangsom is stand blijft of van tafel gaat. Dit besluit heet ‘beslissing op bezwaar’. Wanneer u het niet eens bent met de beslissing op bezwaar, dan is het mogelijk om beroep in te stellen bij de rechtbank. Uw beroep tegen de opgelegde last onder dwangsom wordt behandeld door de bestuursrechter. Voor het maken van beroep geldt ook een wettelijke beroepstermijn van zes weken.

Hoger beroep

Als de rechter uw beroep tegen de oplegde last onder dwangsom afwijst, dan is het mogelijk om in hoger beroep te gaan.

Het is mogelijk om in hoger beroep te gaan bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van state. Ook hiervoor geldt de wettelijke termijn van zes weken. De termijn om hoger beroep in te stellen wordt strikt gehanteerd. Een eventuele termijnoverschrijding zorgt ervoor dat uw hoger beroep niet inhoudelijk zal worden beoordeeld. Het is dus zaak om tijdig hoger beroep in te stellen.

De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State zal als hoogste bestuursrechter nogmaals controleren of de overheid terecht de last onder dwangsom heeft opgelegd. Voorts zal worden getoetst of de overheid de procedures om tot oplegging van een last onder dwangsom te komen correct heeft doorlopen. Het komt zeer regelmatig voor dat de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State tot het oordeel komt dat een opgelegde last onder dwangsom geen stand kan houden. In dat geval wordt de opgelegde last onder dwangsom vernietigd en moet het overheidsorgaan dat de last onder dwangsom heeft opgelegd een proceskostenvergoeding betalen.

Voorlopige voorziening

Het indienen van een bezwaar- of beroepschrift tegen een last onder dwangsom heeft geen schorsende werking. Dat heeft als gevolg dat ook tijdens de bezwaar- of beroepsprocedure u moet voldoen aan het bevel van de overheid en als u dat niet doet dat u dan een geldbedrag moet betalen.

Om dat te voorkomen kan bij de voorzieningenrechter van de rechtbank worden verzocht het overheidsbesluit te schorsen totdat in de hoofdzaak (de bezwaar- of de beroepsprocedure) een eindoordeel is gegeven. Dit wordt de voorlopige voorzieningenprocedure genoemd. Wordt dit door de voorzieningenrechter toegewezen dan verbeurt u in ieder geval geen dwangsommen en hoeft u ook niet aan het bevel van de overheid te voldoen.

Juridische bijstand en ondersteuning door DHC Advocaten

U kunt als burger of bedrijf al deze hiervoor beschreven procedures zelf doen. U heeft daarvoor geen advocaat of andere juridische bijstand nodig volgens de wet. Omdat procederen tegen de overheid in het algemeen, en in het bijzonder tegen een opgelegde last onder dwangsom, best ingewikkeld is, is het verstandig om direct na het ontvangen van (een vooraankondiging tot het opleggen) een last onder dwangsom contact op te nemen met een advocaat. Zij weten waar ze op moeten letten. Zeker ook omdat door de overheid in dit soort trajecten nog wel eens fouten worden gemaakt of gewoon omdat de overheid geen gelijk heeft. DHC Advocaten heeft ruime ervaring met het indienen van zienswijzen, het indienen van een verzoekschrift om een voorlopige voorziening te treffen en het voeren van bezwaar- en (hoger)beroepsprocedures tegen last onder dwangsommen. Mocht u worden geconfronteerd met een last onder dwangsom of het invorderen van een verbeurde dwangsom, raadpleeg dan vrijblijvend een advocaat van de sectie Bouw, Vastgoed & Overheden van DHC Advocaten.


Jan-Rob van Manen

mr. Jan-Rob van Manen

Bouw, vastgoed en overheden, Onderneming en bedrijf, Arbeid en inkomen

Telefoonnummer

0183 631 033

Emailadres

vanmanen@dhcadvocaten.nl

Maarten Smits

mr. Maarten Smits

Bouw, vastgoed en overheden

Telefoonnummer

0183 631 033

Emailadres

smits@dhcadvocaten.nl